Museum Albert Van Dyck

Dat de gemeente Schilde een eigen museum heeft, is nog net iets te weinig geweten. Om het museum toegankelijker en meer hedendaags te maken, kreeg het voor het eerst sinds de jaren 90 een nieuwlogo en werd de informatisering volledig gemoderniseerd. Het logo en de nieuwe huisstijl ontdek je al aan de buitenzijde van het museum. Eens binnen, kun je als bezoeker bij ruim dertig kunstwerken verdiepende informatie en anekdotes oproepen via je smartphone of tablet. De vaste collectie van het museum wordt gepresenteerd aan de hand van een cultuurhistorische route langs belangrijke levensthema’s van Van Dyck. De opstelling laat je kennismaken met onder meer zijn woning, zijn Vlaamse literaire vrienden en zijn minder bekenede werken geïnspireerd op het moderne Antwerpen. 

Twee nieuwe educatieve museumspellen voor zowel scholen en groepen als individuele bezoekers met kinderen, prikkelen de zintuigen. Wil je het museum vanuit je luie zetel bezoeken? Ook dat kan. Een 3-D wandeling neemt je mee doorheen de wonderlijke wereld van Albert Van Dyck, zijn oeuvre, zijn roots en inspiratiebronnen.  

Albert Van Dyck (1902 Turnhout - 1951 Antwerpen) was één van de vaandeldragers van het animisme. De prachtige landschappen van Schilde inspireerden hem meer dan 20 jaar lang. Schilde heeft 298 werken van Van Dyck in bruikleen van de Vlaamse Gemeenschap.

Toen Van Dyck begon als kunstenaar, was het expressionisme de gezaghebbende kunststroming in de Vlaamse kunstwereld. Als animist reageerde hij hierop. Hij richtte zich meer op het introspectieve. Albert Van Dyck evolueerde naar een zuiver picturale schilderkunst, waarbij hij vooral aandacht schonk aan het kind en aan het schrale Kempische landschap, in het bijzonder de omgeving van Schilde waar hij verbleef.

In 1930 ontwerpt de modernistische architect Huib Hoste een atelierwoning voor de alleenstaande kunstenaar. Het beperkte budget en de praktische invulling spreken Van Dyck aan. Met eenvoudige, balkvormige volumes creëert Hoste een atelier-leefruimte, een gastenkamer en dakterrassen. Rond het huis is er plaats voor een kleine boomgaard. Van functionele, geïntegreerde meubels zoals Hoste aanbeveelt, is geen sprake. Van Dyck opteert voor meer geborgenheid en een landelijk interieur, dat binnen zijn context indruk maakt op bezoekers. Van Dyck zal tot zijn overlijden in 1951 in dit huis wonen.