Schoendesign is één van de core businesses van Eperon d’Or. Maar de komende maanden zoomt het museum in op authentiek Belgisch design.
Halverwege de jaren tachtig verzetten de Antwerpse Zes, met onder meer Dirk Bikkembergs en Walter Van Beirendonck in de gelederen, de bakens in de modewereld en ook in schoenenland lieten ze de grond daveren.
De Antwerpse Zes hebben de moderne modekrijtlijnen voor een groot deel eigenhandig uitgetekend. Maar ze zijn al lang niet meer de enige spelers van betekenis. Sinds de jaren 1990 zijn overal in het land designers aan de slag gegaan in hun eigen ateliers. Velen onder hen hebben een geheel eigen stijl ontwikkeld en hebben de term ‘Belgisch design’ een nieuw elan bezorgd. Katrien Herdewyn, A.F. Vandevorst, Tim Van Steenbergen – het zijn maar enkele voorbeelden van designers die de Belgische beslotenheid al lang overstegen hebben.
Ook ver vóór de jaren 1980 gonsde het al van de creativiteit in België. De Izegemse ontwerper Adhemar Carette was in de jaren zestig al bekend tot in Zuid-Afrika. De meeste fabrieken hadden ook hun eigen designers in dienst, waarvan de namen dikwijls verloren zijn gegaan.
Eperon d’Or vertelt dit verhaal van Belgisch design in de tijdelijke tentoonstelling Eigen kweek. Eperon d’Or focust op het visionaire en het creatieve, maar verliest ook het puur ambachtelijke aspect niet uit het oog. Voor de gelegenheid werden bruiklenen aangegaan bij tal van musea en ontwerpers.
