Enkele jaren geleden maakte OKV een themanummer over ‘Vogels in de kunst’. Het was een bijdrage van Matthias Depoorter, één van onze medewerkers gespecialiseerd in oude kunst. Als kunsthistoricus en actieve vogelaar mengde hij toen op een boeiende wijze de wereld van de schilderkunst en die van het vogelkijken. Dat smaakte toen naar meer en bij uitgeverij Athenaeum –Polak & Van Gennep verscheen onlangs een fraai boek Vliegwerk. Vogels in de kunst dat het thema nog uitgebreider behandelt.

Matthias Depoorter is bezeten van vogels of zoals hij zelf schrijft “betoverd” door vogels. Hij kreeg die liefde via zijn vader en vanaf zijn tiende werd het “menens”. Wat maakt vogels spotten voor hem zo aantrekkelijk? Je kan het overal doen, meestal vertoef je in de buitenlucht en vooral is het pure emotie. Waarom dan vogels en kunst ? Tijdens zijn studie bemerkte de geestdriftige auteur dat het onderwerp in de kunstgeschiedenis onderbelicht was. Daarenboven is hij er rotsvast van overtuigd dat het een must is om kunst in te bedden in het dagelijks leven en de drempel naar kunst te verlagen. Vogels in de kunst is dan een uitstekend onderwerp. Het boek bevat vijf delen: de Kunst van het kijken, In vogelvlucht, Opvallende vogels , Mens & Vogel en Omgevingsfactoren. Telkens steekt de auteur er kleine dagboekfragmentjes bij die je onmiddellijk meenemen naar één van de vele idyllische plekken waar de auteur vogels spotte. De bewonderde vogels komen dan aan bod in één of ander kunstwerk.

Die afwisseling werkt en houdt de aandacht ook voor de niet-vogelliefhebber vast, alhoewel de stroom van vogelnamen (met telkens de juiste Latijnse benaming ) soms wel wat zwaar op de hand weegt. Het eerste deel bespreekt de relatie tussen de kunstenaar en het kijken naar de vogels. Gingen oude meesters op excursie om naar vogels te kijken en ze ad vivum, naar het leven te schetsen?  Bewijzen hiervoor zijn zeldzaam en de kunstenaars behielpen zich met opgezette dieren of vogels op alcohol. Het schilderen van vogels is duidelijk een vak apart. De auteur verhaalt hoe Leonordo da Vinci er zich zelf aan herinnerde dat hij de tong van een specht wil beschrijven. Honderd jaar later beschreef Ulisse Aldrovandi (1522-1605) in zijn encyclopedie Ornithologiae hoe de extreem lange spechtentong op ingenieuze wijze is vastgehecht aan het rechterneusgat, zich vervolgens splitst, hoe in de schedel beide delen rond de hersenen op gerold zijn en terug samenkomen bij de vogelbek. Het boek barst van dergelijke weetjes en intrigerende verhalen telkens fraai geïllustreerd wat de lectuur vaart geeft. Vele beroemde schilderijen zoals het Lam Gods en Het Aards paradijs van Jan Brueghel I en Peter Paul Rubens (Mauritshuis, Den Haag) komen aan bod en dwingen de lezer op zoek te gaan naar de uitvoerig beschreven vogels en vogelsilhouetten want soms is een klein snel geborsteld streepje voldoende om de geestdriftige vogelaar ons een hele uiteenzetting te geven. In het deel Vogelvlucht stelt hij bijvoorbeeld vast dat de V-vormige formatie op de Drie Maria’s aan het graf (Jan en/of Hubert van Eyck, Boymans van Beuningen) uit vogels bestaat die in tegengestelde richting vliegen. De ene groep vliegt bij de toeschouwer vandaan, de andere vliegt naar de toeschouwer toe. Wat voor de auteur de toeschrijving twijfelachtig maakt. In het derde deel onderzoekt de vogelaar opvallende vogels zoals de uitgestorven Dodo en papegaaien. Pausen zouden verzot zijn geweest op papegaaien en hadden er een aparte ruimte voor, de camera del papagallo.

Vliegwerk - Vogels in de kunst

Vliegwerk - Vogels in de kunst

In Rubens’ De Heilige familie met de papegaai knabbelt een Blauw-gele Ara veelbetekenend aan de stam van een druivelaar. Wijnstok en ara verwijzen naar de onbevlekte ontvangenis. In dit hoofdstuk gaat de auteur dieper in op de vele iconografische betekenissen van vogels in de schilderkunst. Het voorlaatste deel van het boek behandelt de relatie tussen vogels en de mens zoals in De ark van Noach van Jacopo Bassano (Museo Del Prado), waar de auteur vlot de hedendaagse kunstenaar Raymond Harris Ching tegenover zet. Ching was de man die in 1969 de vogelgids The Reader’s Digest of British Birds illustreerde.

Blijkbaar een van de bijbels van de vogelkijkers en nog altijd een besteller. Het laatste hoofdstuk van het boek Omgevingsfatoren hoefde misschien niet. De auteur denkt terug aan een reis in New-York en de vele vogels en bedenkingen die hij daar had. Vele Engelstalige citaten maken dit stukje wat moeilijk leesbaar maar het boek eindigt toch magistraal met een schilderij van John Everett Millais, The Ruling Passion (The Ornithologist), Kelvin Grove Art Gallery and Museum, Glasgow). Het beeldt een oude man uit op zijn sterfbed met een reeks opgezette vogels op zijn bed en eentje in zijn rimpelige hand. Rondom hen zijn dierbare familie waaronder twee kinderen die vol overgave naar de vogel in de hand van de vader kijken (een opgezette Koningsparadijsvogel). De auteur is begrijpelijk genoeg niet zo’n fan van opgezette vogels maar hier maakt hij graag een uitzondering. Het gaat immers over de liefde voor de vogels en het doorgeven van die passie aan een volgende generatie. Een opdracht waar hijzelf met succes is in geslaagd in dit fraai uitgegeven boek met schitterende reproducties. 

Boeken

Vliegwerk. Vogels in de kunst

Matthias Depoorter 

180 blz, garengenaaid met leeslintje, harde kaft - Honderden prima gedrukte illustraties, 20,5 x 25 cm - ISBN: 9789025300579 - 35,00 euro - Athenaeum–Polak & Van Gennep

Download hier de pdf

Vliegwerk - Vogels in de kunst