Tinka Pittoors won overtuigend de Young Ones Award van Lineart 2009. Ze toonde een maquette in opbouw en liet op die manier een beetje zien hoe zij bij haar creaties tewerk gaat. 

Inka Pittoord

Weg van de "Tuymans-fixatie"

De Young Ones Award van Lineart is een prijzenswaar­dig initiatief waarmee die beurs sedert 2005 jaarlijks uit­pakt en dat stilaan bestaansrecht heeft verworven. Nu was het een wat rommelige bedoening waar een aantal jongere kunstenaars een schraag ter beschikking kregen om er een 'work in progress' te presenteren. Als formule valt daarover te discussiëren, als presentatie viel het nogal minnetjes uit. De presentatie van Tinka was visueel inte­ressant en liet ook de minder ingewijde bezoeker ruimte tot interpreteren en beleven. Het is dus niet verwonderlijk dat zij door het publiek van de preview en de vernissage de prijs toegewezen kreeg. Het niet onaardige prijsbedrag van 3.000 euro wil ze besteden aan een publicatie.

 Ze is nu een prille dertiger, een boeiende jonge vrouw die weet wat ze wil. Dat was niet altijd zo. Wat schoolmoe wou ze de handen uit de mouwen steken en wilde ze juweel-ontwerpster worden. Studeren met een leercontract leek haar wel iets, maar in het achterhuis van een juwelier alle dagen zitten poetsen en polijsten was niet bepaald het ide­aal waar ze naar verlangde. Na een leercontract bij een bloemist besluit ze om niet meer met zich te laten sollen en staat ze ietsje meer volwassen in het leven. Ze gaat op­nieuw studeren. Na een regentaat plastische kunsten in Antwerpen, trekt ze naar Gent om er aan de Koninklijke Academie schilderkunst te volgen. Ze krijgt er les van de generatie docenten met Jean Bilquin en Nadine Van Lier­de die op dat moment naar hun pensioen toeleven en haar minder kunnen aanspreken. In haar laatste jaar schilder­kunst (2003) maakt ze gebruik van de mogelijkheden om in het buitenland te studeren en trekt met een Erasmus-beurs naar de academie in Lissabon.

Daar zitten ze niet echt op haar te wachten, ze kampen er al met een groot plaatsgebrek voor de eigen studenten. Tinka bijt door en blijft er langer dan de normale periode van drie maanden. Ze leeft er zeer zelfstandig. Over de opleiding als zoda­nig heeft ze weinig te vertellen. Vooral het contact met de medestudenten en het wederzijds atelierbezoek vond ze boeiend. "Hier zaten we nog in de periode van de 'Tuymans-fixatie', daar experimenteerde men voluit met aller­lei soorten verf en middelen." Ze keert naar Gent terug, ze is gegroeid en kritisch tegenover de studie die achter haar ligt. "Op het einde van mijn opleiding had ik het wel wat moeilijk met de problematische relatie tot de schil­derkunst, de getormenteerde houding van de kunstenaar, het gevecht met de verf en van die dingen meer. Ik ben trouwens afgestudeerd met een reeks tekeningen in plaats van de verwachte schilderijen."

Ze wil verder studeren en schrijft zich in voor de nieuwe richting `Mixed media', toen nog geleid en bezield door Danny Matthijs (°1947). De relevantie van die richting is nu een beetje verdwenen omdat alle richtingen nu de ruim­te laten voor het experiment met diverse materialen, maar op dat moment was het een broeikas voor nieuwe ideeën en inzichten en tal van kunstenaars die al eerder waren af­gestudeerd, kwamen er naartoe. "Bij de schilderkunst was de blik eerder naar binnen gericht, bij mixed media keken we veel meer naar buiten, naar wat er gebeurde in de we­reld. Ook het kunnen praten en schrijven over je werk heb ik in de mixed media geleerd. Ik had een zeer goed contact met Danny, het was een heel andere manier van omgaan met het werk. Mijn werk is veeleer sculpturaal dan schil­derkundig, en uiteraard teken ik nog steeds."

Poëzie kan hard zijn

Nadat Tinka voor de tweede keer afstudeerde had ze haar eerste individuele tentoonstelling in De Geus te Gent. L'arbre inhumain is de wat raadselachtige titel. De tentoonstelling bleef niet onopgemerkt en ze kreeg een uitno­diging om in Zug, zowat het belastingsparadijs van Zwit­serland, te gaan exposeren. De galerie zorgde voor een mooie, kleine catalogus die meteen duidelijk maakt hoe nauw het verband tussen haar tekeningen en sculpturen wel is. Het zijn geen voorstudies maar zelfstandige teke­ningen die je toelaten haar zeer poëtische wereld te ont­dekken. Met poëtisch bedoel ik zeker niet zeemzoeterig of sprookjesachtig, ook een poëtische wereld kan redelijk hard en ondoorgrondelijk zijn.

Ze toont er onder meer een reeks stillevens en andere sculpturale werkjes die charmeren door hun eenvoud, hun fragiliteit en die onmiskenbaar ook een zekere humor in zich hebben. Telkens gaat het om balkvormige elementen - het zouden ook kooistructuurtjes kunnen zijn - die een binnen en een buiten suggereren. Op een of andere wijze wordt er steeds een link gelegd tussen dat binnen en dat buiten, tussen het zich terugtrekken en het naar buiten treden, het is als een voortdurende wisselwerking tussen introvert en extravert in de wereld staan.

Tinka Pittoors, Sadistics,  keramiek, gras en ketting Utopics, inkt, potlood, pastel op papier

Links: Sadistics, 2009, 35 x 35 x 20, keramiek, gras en ketting

Rechts: Utopics, 2008, 110 x 77 cm, inkt, potlood, pastel op papier

"Ik tracht door het samenbrengen van verschillende klei­ne elementen een soort van wereld op te bouwen, zoals je met letters woorden maakt. En zoals met het combineren van woorden nieuwe betekenissen kunnen gevormd wor­den, zo kan dat ook met het combineren van elementen. Het kan zowel door de maker als door de toeschouwer gebeuren. Het is meer dan dat ene werkje op de muur dat gepreselecteerd is voor de kijker. Ik hou ervan om bij de toeschouwer enige verwarring teweeg te brengen. Ik maakte ooit een sokkel van negen meter lengte en toonde er een reeks voorwerpen op, zo verplichtte ik de kijker om te kiezen. Ik vind het belangrijk om de eenduidigheid te doorbreken."

Tinka Pittoors, Citysporn, 2007, gevelinterventie in Gent en Breda, print op meshdoek, Elementary Domination, 2008, zwevende installatie van 9 modules, hout ver(. polyester, 4 spots op standaard, formaat aanpasbaar, Spornscape, 2008-2009, digitale print, formaat aanpasbaar, lichtbak,

Citysporn, 2007, gevelinterventie in Gent en Breda, print op meshdoek, ongeveer 900 x 700 cm

Elementary Domination, 2008, zwevende installatie van 9 modules, hout ver(. polyester, 4 spots op standaard, formaat aanpasbaar, ongeveer 400 x 400 cm

Spornscape, 2008-2009, digitale print, formaat aanpasbaar, lichtbak, 50 x 150 cm

Titels zijn betekenisvol

Tinka Pittoors geeft haar werken ook titels en ze vindt die zeker zo belangrijk. "Ze zijn nooit verduidelijkend of verhelderend, ze brengen een nieuwe betekenislaag aan. Soms is de titel er eerst en wordt die aanleiding voor meer­dere werken." Zo ontdekte ze dat een titel als Elementary domination voor een werk dat ze in 2008 in Bergen rea­liseerde eigenlijk (ook) een term is die in de spraaktech­nologie wordt gebruikt. Het werk zelf was een hangende installatie van negen modules in hout, beschilderd in de bekende camouflagekleuren zoals die in het leger gehan­teerd worden. De installatie werd belicht door vier spots die integraal deel uitmaken van het werk. Ze slaagde erin om met dit werk sterk aanwezig te zijn in een domineren­de ruimte en dat is op zich al een verdienste. Uiteraard is het gebruik van legerkleuren in deze geen toeval. Toch is het werk niet zwaar, niet verpletterend voor de toeschou­wer, nodigt het uit om erin (eronder) rond te wandelen en het op een luchtige wijze te beleven.

Een andere titel is Citysporn. Het is een woord dat di­verse associaties oproept. Zowel `sporen' als `porno' maar sterk gelieerd aan de stad en het stedelijke. Het is de ti­tel van een reeks foto's van maquettes die ze construeert. Zo'n maquette in constructie toonde ze op Lineart. Ze maakt hierbij gebruik van tal van bestaande en nieuwe, zelfgemaakte elementen en construeert op die manier erg boeiende (stads)landschappen. Ze plaatst die voor spie­gelelementen zodat de maquettes meer diepte krijgen, fotografeert ze en vergroot ze. Soms gaat het werkelijk om een reusachtig formaat zodat bijvoorbeeld een stel­ling voor een huisgevel helemaal aan het zicht kon wor­den onttrokken. Op dat moment neemt haar foto en haar constructie een plaats in binnen de stedelijke architectuur en de urbane context. Ze verrast met dit werk, de ma­quettes getuigen van een levendige fantasie en een  interes­sante omgang met ruimte en dimensies. En ze speelt ook met de twijfelende waarneming van de toeschouwer. De elementen zijn soms heel herkenbaar van legoblokjes tot geruit keukentextiel, en toch rijst er die vraag — al is het misschien maar even — "Is dit nu echt of niet?".

Natuur: dwang en bedwang

Tinka Pittoors: "Soms zie ik in het reële landschap beel­den die ik in miniatuur gecreëerd heb. Dat vind ik zeer fascinerend. Een landschap zit vol tegenstrijdigheden. Macht vind ik hier heel belangrijk. Enerzijds is er de mens die tracht dat landschap te domineren en anderzijds is het soms omgekeerd en is de mens onderworpen aan het klimaat of de natuurelementen. Langs de andere kant is de menselijke ingreep bijna overal voelbaar, zelfs als wij het als zeer natuurlijk ervaren, kan het geconstrueerd zijn, denk maar aan het werk van Capability Brown." Lancelot 'Capability' Brown (1716-1783) is de Britse tuinarchitect die geldt als de 'uitvinder' en de grote meester van de En­gels landschapstuin.

Wat opvalt bij het werk van Tinka Pittoors is de aanwe­zigheid van natuurelementen of in elk geval referenties daarnaar. In haar woonkamer heeft ze een ware verza­meling van vetplanten en cactussen, enkele jaren geleden creëerde ze kleine sculpturen waar planten integraal deel van uitmaakten. Verwijzing naar de natuur vind ik in heel wat van haar recent werk terug. Haar galerie (Margalef & Gipponi Gallery, Antwerpen) presenteerde een intrige­rende sculptuur Sadistics. Een constructie van keramische elementen, kunstgras, miniatuurdennen en een ketting. Het is grappig maar ook wrang, als een soort hilarische poging om de natuur in bedwang te houden. Ik vond het tekenend in de dagen dat in Kopenhagen over het klimaat en zo werd geredetwist. Maar dat is een hineininterpretie­rung, u mag het helemaal anders bekijken. Dat is het wat haar werk zo toegankelijk maakt, het is multi-interpre­teerbaar en kan dus veel betekenislagen omvatten. Vooral omdat ze onder meer gebruik maakt van soms zeer ba­nale en alledaagse dingen die ons zo bekend en vertrouwd voorkomen, waar soms onbewust ook een gevoelswaarde mee gemoeid is, weet ze onze aandacht te trekken. Door de banaliteit van het materiaal waarmee ze werkt, stoot ze ongetwijfeld ook mensen af (zij die denken dat kunst enkel uit 'edele' materialen kan tot stand komen). Het komt erop aan om die kleine stap te zetten die de kijker meevoert in een bijzonder rijke en fantastische wereld, een maakbare wereld. Het is de wereld waarin men probleem­loos zichzelf kan herkennen en dat vraagt soms wat moed en vooral zelfrelativering.

Praktische informatie

Komende tentoonstellingen met werk van Tinka Pittoors:

• Le Paige, {Augustijnenlaan 30. Herentals, solotentoonstelling, nog tot 28 februari 2010

• Matuvu, Lakensestraat 113, Brussel, solotentoonstelling, van 1  tot 31 maart 2010

• CIAP,  Armand Hertzstraat 21, Hasselt, groepstentoonstelling, van 24 april tot 5 juni 2010

• CC Hasselt, Kunstlaan 5, Hasselt, solotentoonstelling, van 23 april tot 27 juni 2010

Download hier de pdf

Tinka Pittoors - Zoals je met letters woorden maakt en met woorden zinnen