Museum aan de IJzer

Volledig in stijl van de honderdjarige herdenking van de Eerste Wereldoorlog, opende het volledig vernieuwde Museum aan de IJzer op 1 maart haar deuren. Je kan er als bezoeker verdwalen in de heringerichte IJzertorensite in Diksmuide.

De oorspronkelijke IJzertoren werd gebouwd in 1930, als een symbool voor het verlangen naar vrede in Europa en Vlaanderen. In 1946 werd de toren echter met dynamiet neergehaald. De restanten van die eerste toren kan je nog altijd bezoeken. Met de resterende brokstukken bouwden ze later de Pax-Poort, opnieuw een duidelijk symbool van een verlangen naar vrede. De nieuwe IJzertoren opende in 1965. Het is een 22 verdiepingen tellend museum, dat nog altijd het gevecht aan de Belgisch-Duitse linie, de boodschap van Europese vrede en Vlaamse identiteitsvorming in de belangstelling brengt.

Nu de grote herdenkingen volop beginnen, kon het paradepaardje van de Westhoek niet stilzitten. De vaste collectie kreeg een update om de bezoeker meer bij het verhaal te betrekken. Het interieur werd volledig omvergegooid en in een modern jasje gegoten. Laagdrempeligheid is het nieuwe woord. Geen staalharde historische feiten, maar menselijke verhalen over de oorlog en de Vlaamse strijd. Bovendien is de collectie meer uitnodigend voor zowel binnen- als buitenlandse bezoekers, om op die manier herhaalde bezoeken aan te moedigen.

Het nieuwe Museum aan de IJzer is meer dan de IJzertoren alleen. Zowel de Pax-poort als de crypte - met de restanten van de eerste toren - zijn te bezichtigen. De nieuwe inrichting moet de IJzertorensite hét middelpunt van het Westhoektoerisme maken, en meteen de bezoeker aanmoedigen alle verdiepingen – en de bijbehorende 500 trappen – in het nieuwe Museum aan de IJzer te betreden.