Feest in België, het stripverhaal bestaat 100 Jaar!

Het uitbeelden van een verhaal met behulp van tekeningen is niet iets wat in de 20ste eeuw werd uitgevonden. Het is een verschijnsel van alle tijden, denk maar aan de evocatieve tekeningen in de grotten van Lascaux, de hiëroglyfen in Egyptische graftomben, de pictogrammen op Zuidamerikaanse tempels of de beroemde tapijten van Bayeux met het verhaal van Willem de Veroveraar. Het stripverhaal zoals we dat nu kennen: het blad in kolom­men verdeeld, tekstballonne­tjes en terugkerende hoofd­figuren, ontstaat in 1896. Toen tekende Richard F. Outcault het eerste strip­verhaal met "The Yellow Kid" als hoofdfiguur voor het Amerikaanse blad 'The New York Journal". 

In België verschijnt "Zonneland" (Averbode) in 1920, negen jaar later ontstaat "Kuifje" en in 1938 "Robbedoes". In geen tijd werd ons land het koninkrijk van het stripverhaal, met Brussel als hoofdstad.  Met een verkoop van 200.000.000 albums over de hele wereld in zestig jaar tijd zijn de "Avonturen van Kuifje" van Hervé de abso­lute topper van de strippro­duktie. 

Als perfect geslaagde family­strip met een flinke dosis fantasie en plaatselijke humor, gaat de Nederlands­talige reeks "Suske en Wiske" van Willy Vandersteen onverstoorbaar door met haar 400.000 exemplaren van elk nieuw nummer, dat om de drie maanden verschijnt. 

Nu het stripverhaal haar honderdste verjaardag viert, wil het land van Suske en Wiske, De Rode Ridder, Kuifje, Nero, Robbedoes, Lucky Luke en de Smurfen natuurlijk meedoen. Meer dan 120 evenementen, tentoonstellingen, festivals, volksanimaties, colloquia en conferenties, in het hele land, brengen hulde aan de tekenaars en hun helden. Deze bijzonder kleurrijke overvloed van activiteiten maakt duidelijk dat de taal van het stripverhaal deel uitmaakt van een culturele, artistieke en sociale traditie die specifiek is voor ons land.