Dit schilderij laat een wijd, typisch Nederlands landschap zien, met veel lucht en water. Gabriël schilderde het in zijn atelier maar gebruikte daarbij buitenstudies van het IJsellandschap in de buurt van Kampen, waarvan hij de eerste zeker tien jaar vóór het schilderij maakte.
Het schilderij geeft een beeld van het drassige land ten noordoosten van Kampen: de veenplassen in het 'Zwijnsleger' bij Grafhorst, waar Gabriël's zomers veel kwam werken. Het is een gebied, waar men turf baggerde op platte schuiten of - waar het water te ondiep was - op aan drijvende tonnen bevestigde vlonders, zoals we die op de voorgrond van het schilderij aantreffen. Links op de voorgrond zien we een platte bak, waarin men de opgebaggerde turf verzamelde voor verdere bewerking. Rechts in de verte nemen we een paar schafttenten waar.