In dit schilderij zien we twee vrouwen, 's avonds of 's nachts in de smalle Amsterdamse straat 'De Nes': één van hen heeft een huilend kind aan de hand. Wat er precies voorvalt is niet helemaal duidelijk.
Men heeft het wel eens geïnterpreteerd als een vrouw 'die van een nachtelijke escapade is teruggekeerd en de verwijten van haar zuster over zich laat gaan' (uit: 'Jan Toorop' van J.B. Knipping, Amsterdam, 1946, p. 23), en ook wel als 'een moeder die haar dochter afhaalt bij het huis van ontucht' (uit: 'Het Fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst', van B.H. Polak, 's-Gravenhage, 1955, p. 90).