VIZO-prijzen Henry van de Velde 1996

Op 29 november werden in het Museum voor Sierkunst en Vormgeving te Gent voor de derde maal de VIZO-Prijzen Henry van de Velde uitgereikt. Hiermee wil de Dienst Kunstambacht van het VIZO verder de promotie voeren van de hedendaagse vormgeving en de belangrijkste figuren daarbij belonen.

"Chaise Longue", Maarten van Severen. Foto:VIZO.

"Chaise Longue", Maarten van Severen. Foto: VIZO. 

De Laureaat voor Loopbaan is net als vorig jaar een glazenier. In opvolging van Michel Mar­tens is nu Armand Blondeel aan de beurt. Hij begon zijn carrière na W.O. ll. en kende een eerste hoogtepunt met Expo '58. Zijn oeuvre is hoofdzakelijk abstract. De omgeving van de glasramen is voor Blondeel medebepalend voor het resul­taat. Zijn kennis gaf hij door aan zijn zoons Sander en Herman. Deze laatste kreeg de eer om de nieuwe glas­ ramen in de Gentse Sint-Baafskathedraal te realiseren.

De Prijs voor Jong Talent gaat naar Katrien Rondelez. Na haar studies aan La Cambre in Brussel, creëert zij typische li­niaire stoffen en tapijten waar­bij vooral het gebruik van rub­ber en plastic, gecombineerd met traditionele materialen opvalt. Rondelez werkt ook als ontwerpster van stoffen voor de auto-industrie. 

Het nieuwste ontwerp van Maarten van Severen "Chaise Longue" is goed voor de Prijs van het Beste Product. Het is een ligzetel uit polyester, ver­sterkt met glasvezel en alumi­nium. Uit de 64 kandidaten voor deze prijs werden er 13 geselecteerd voor de ten­toonstelling.

Monument voor Koning Boudewijn

Op de linker Scheldeoever van Antwerpen zal een monument worden opgericht ter nagedachtenis van wijlen Koning Boudewijn. Het monument is bedoeld als een centrum dat voor iedereen toegankelijk is om er rust en bezinning te vinden. Van de vijf ingezonden projecten werd het ontwerp van Jo Crépain weerhouden. 

Het monument zal verwijzen naar thema's die Z.M. Koning Boudewijn nauw aan het hart lagen, zoals de armoedepro­blematiek en de situatie van de vrouw. Door een park van 99 witte kerselaars zal de bezoeker naar een esplanade kunnen wandelen. Op een muur zullen foto's en teksten van de Koning prijken. Zijn standbeeld wordt opge­steld onder een treurwilg. Het plein en de bomen zullen 's nachts verlicht worden, waardoor het monument ook voor wandelaars op de rechter Scheldeoever een baken wordt. 

Praktisch

De vijf uitgewerkte maquettes staan te kijk in het Provinciehuis, Koningin Elisabethlei 22, Antwerpen en kunnen dagelijks bezichtigd worden van 9 tot 17 uur. De toegang is gratis.

Keltische goudschat ontdekt in Beringen

Bij graafwerken voor de bouw van een woning in Beringen werd in oktober 1995 een collectie gouden voorwerpen ontdekt. De vinders/eigenaars brachten het Gallo-Romeins Museum op de hoogte. Na onderzoek bleek het om een Keltische goudschat te gaan, bestaande uit 25 gouden munten en fragmenten van verschillende sieraden. Depots van gouden halsrin­gen en armbanden komen voor op plaatsen die van uit­zonderlijk politiek of religieus belang waren. Zij dateren uit de tijd vlak voor de Romeinse verovering van onze streken. De vindplaats in Beringen is uitzonderlijk voor onze ge­westen en kan een nieuw licht werpen op het historisch belang van onze contreien in het Keltisch cultuurlandschap. De goudschat werd verwor­ven door het Provinciebe­stuur van Limburg. Het wordt een topstuk in de collectie van het Gallo-Romeins Museum dat samen met het Instituut voor het Archeologisch Patrimonium een tentoon­stelling voorbereid met de Keltische goudschat als cen­traal aanknopingspunt voor de maanden mei en juni. 

Mocht u wat vinden

Toevalsvondsten dienen bin­nen drie dagen gemeld te worden bij het Instituut voor het Archeologisch Patrimo­nium. Zodoende behoudt de vinder ook zijn/haar recht op inspraak wat de onderzoeks­modaliteiten betreft en ook op eventuele schadevergoe­ding. Op basis van de recente archeologische decreet- en regelgeving wordt van de eigenaar, gebruiker en vinder verwacht de archeologische vondst tot tien dagen nà melding "als een goede huis­vader" te beheren, wat bete­kent dat de vondst in functie van het onderzoek beveiligd moet worden tegen bescha­diging, vandalisme, diefstal, brand en ongunstige weers­omstandigheden. Duurt het onderzoek langer dan een maand dan heeft men recht op schadevergoeding. Na bestudering wordt de vondst aan de vinder en de eigenaar in volle eigendom terugge­geven. Wordt de vondst aan derden overgedragen dan moet dit aan het Instituut voor het Archeologisch Patrimonium gemeld worden.

Een houten straat onder het Emile Braunplein in Gent

Bij de eerste fase van het opgravingsproject op het Emile Braunplein onder leiding van de Dienst Stadsarcheologie Gent werd een verrassende en voor Gent unieke ontdekking gedaan. Op zowat 80 
centimeter onder het huidige pleinniveau werd een houten straatbedekking gevonden. 

Er kwamen bij de opgravingen enkele bouwresten aan het licht hoofdzakelijk uit de post-middeleeuwse tijd. Volgens de geschreven gegevens kan het gaan om minstens een middeleeuws stenen huis. Het meest verrassend en tot nog toe uniek voor Gent zijn de sporen van een houten straatbedekking. Op horizontale langsliggers van berkenhout werden eiken­houten dwarsbalken gelegd die met kleinhouten in de grond werden vastgelegd. Dergelijke houten wegdek­king was een hele verbetering voor het verkeer in de Korte Ridderstraat. 

Praktisch

Inlichtingen: 
Stad Gent, Dienst Stadsarcheologie, Onderstraat 20, 9000 Gent, 
09/223.99.22 of 09/223.99.77 

Museum Mesdag

Museum Mesdag in Den Haag na restauratie en renovatie weer open

Na vier jaar restaureren en renoveren opent het Mu­seum Mesdag zijn deuren weer voor het publiek. 
De befaamde Haagse zeeschilder Hendrik Willem Mesdag ( 1831-1915) verzamelde een omvangrijke hoeveelheid kunst. Zijn collectie bevat bijna 300 schilderijen en 90 teke­ningen en prenten. Daarbij komen nog minstens 500 stuks kunstnijverheid, waar onder wandtapijten, oosterse en westerse kera­miek, bronzen en meubelen.

De museumzalen kregen hun oorspronkelijke kleurigheid en stoffering terug en wand­tapijten en portières roepen de sfeer van destijds op. Ook de schilderijen zijn op 19de-­eeuwse wijze opgehangen: boven elkaar en op symme­trische wijze. 

Praktisch

Museum Mesdag, Den Haag. Nederland

Ter gelegenheid van de her­opening van het museum verschijnt de catalogus "Pain­tings and Drawings of Mu­seum Mesdag" (Hfl. 135,-). 

Monumentenwacht

In 1991 werd de v.z.w. Mo­numentenwacht Vlaanderen opgericht. Het jaar daarop volgde de oprichting van een v.z.w. Monumentenwacht in de vijf Vlaamse provincies. Basisidee was dat veel dure restauraties het gevolg zijn van een langdurige verwaarlozing. Regelmatig nazicht door een team specialisten kan dus veel leed en kosten besparen. Eind vorig jaar besloot ook de Stad Antwerpen om lid te worden van de v.z.w.

Met ongeveer 1200 be­schermde monumenten vertegenwoordigt Antwerpen 40% van alle beschermde monumenten in de provincie. De stad zelf is eigenaar van 125 beschermde monumen­ten. De eerste onderzoeks­rapporten van o.a. het stad­huis, Vleeshuis en stapelhuis Sint-Felix zijn reeds ter beschikking van de stad gesteld. Het stapelhuis Sint-Felix maakt deel uit van een indruk­wekkende concentratie van pakhuizen in de Antwerpese haven. Het eerste initiatief voor de bouw dateert van 1854. De werkzaamheden waren nog niet voltooid toen de eigenaar de toelating kreeg om het pakhuis af te breken en een nieuw te bouwen naar een ontwerp van architect Felix Pauwels. Nauwelijks was dat klaar of er brak brand uit. Bij de heropbouw eiste de stad dat het nieuwe gebouw twee vleugels zou bevatten en dat de verschillende ruimten door bakstenen muren afgesloten en van ijzeren poorten voorzien zouden worden. Door de constante toename van de havenbewe­ging zag de stad zich begin deze eeuw geplaatst voor een groot tekort aan eigen opslag­ruimte. In 19 17 kocht ze het stapelhuis Sint-Felix. In 1976 werd het gebouw op de lijst van beschermde monumen­ten geplaatst. Vandaag staat het 30.000 vierkante meter grote complex leeg. 

Een nieuwe bestemming is de beste bescherming. Twee denkpistes lagen eerder op tafel: het gebouw volledig commercialiseren of er de architectuurschool in onder te brengen. Beide voorstellen hadden gemeen dat ze zo ingrijpend waren dat van het monument zelf na de verbou­wing slechts 10% over bleef. Met de huidige voorstellen om o.a. het stadsarchief van de Venusstraat en vele andere locaties, over te brengen naar het pakhuis Sint-Felix, ziet de stad de kans om het pakhuis te redden in zijn totaliteit. 

Sint-Niklaas

Inhuldiging van de nieuwe gebouwen van OKV + Opening tentoonstelling Koen Vanderstukken

Op donderdagavond 29 augustus 1996 vond de prijsuitreiking plaats van de OKV-verlotingsactie 1996. 
Het was een dubbel feest omdat de prijswinnaars en genodigden konden samenkomen in de pas geopende kantoren van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen. 

De prijsuitreiking viel samen met de opening van de tentoonstelling van Koen Vanderstukken, die werd opgezet i.s.m. het Stadsbestuur van Sint-Niklaas. 

De hoofdprijs was een glassculptuur van deze kunstenaar: "Pendulum". 
Ook de tweede t.e.m. de vijfde prijs werd uitgereikt en de gelukkige winnaars gingen naar huis met een meerdaags verblijf in een Duits luxe-hotel. 

OKV Prijsuitreiking 1996, Koen Vanderstukken

Links boven: Gedeputeerde Jean­Pierre Van der Meiren, voorzitter van Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen v.z.w. heet de talrijke aanwezigen hartelijk welkom en houdt de inhuldigings­toespraak. 

Links onder: Kunstcriticus Jan Walgrave geeft toelichting bij het ongemeen boeiende glaswerk van Koen Vanderstukken.

Rechts boven: Zoals ieder jaar weet de heer Koen Fobert van de firma ASM de OKV-prijswinnaars gelukkig te maken met een hotelcheque. 

Rechts midden: Gedeputeerde Van der Meiren weet met een prachtige bloemenruiker dit geluk nog te verstevigen. 

Rechts onder: Koen Vanderstukken kan zijn "Pendulum" moeilijk loslaten; de winnaars, de heer en mevrouw Peten-­Nouwkens zoeken in gedachten reeds een plaats in hun woning.

Download hier de pdf

OKV Mededelingen 1996.4.pdf